Home Inhoudsopgave Podosophia nr. 1, 2019

Hieronder krijg je een indruk van de inhoud van dit nummer. Wil je de artikelen lezen, dan heb je een abonnement nodig op Podosophia of op Mijn BSL Podotherapeut Totaal.



Diabetes in remissie: maar de voetzorg dan?
Follow-up van microvasculaire complicaties zoals retinopathie, nefropathie en polyneuropathie hoort naast de behandeling van cardiovasculaire risicofactoren tot de kern van diabetesmanagement. Mensen met diabetes mellitus type 2 (DM2) kunnen echter door verandering van leefstijl of medische ingrepen (bariatrische chirurgie) in een andere situatie komen. Hun bloedsuikers zijn gedaald tot normale waarden en medicatie is niet meer nodig. Dit wordt ‘diabetes in remissie’ genoemd. Maar wat nu als men in een eerder stadium complicaties had van diabetes en daardoor een Sims 2- of 3‑classificatie? De vraag is hoe en óf dat is geregeld.
Naar artikel

Lage gezondheidsvaardigheden: een uitdaging
In Nederland heeft een op de drie mensen beperkte of lage gezondheidsvaardigheden. Dat betekent dat mensen onvoldoende capaciteiten hebben om adviezen over de gezondheid, gezondheidsrisico’s of folders hierover, te interpreteren. Dit kan nadelige gevolgen hebben voor de gezondheid. Er zijn diverse manieren om hiermee om te gaan. Een effectieve manier is de teach-backmethode, waarbij de cliënt wordt gevraagd om informatie terug te vertellen. Voor de podotherapeut is het belangrijk dat de praktijk toegankelijk is voor mensen met onvoldoende gezondheidsvaardigheden, onder meer door de teach-backmethode in te bedden in het kwaliteitsbeleid.
Naar artikel

Het patellofemoraal pijnsyndroom
De oorzaak van het patellofemoraal pijnsyndroom is multifactorieel en nog steeds niet helemaal duidelijk. De belangrijkste risicofactoren die in de literatuur genoemd worden, zijn een hoger activiteitenniveau en malalignement van de onderste extremiteit. Biomechanisch wordt een vergrote endorotatie van het femur als een belangrijk risicofactor gezien. De oorzaak ervan kan liggen in een disbalans in de spieren en/of in een overpronatie vanuit de voet. Alhoewel ‘hard’ bewijs in de literatuur ontbreekt, is zooltherapie, tegelijk met of volgend op fysiotherapeutische behandeling aan te bevelen.
Naar artikel

Zelfonderzoek doen? Dat kan!
Ook podotherapeuten willen de zorg die zij leveren objectiveren en inzicht krijgen in de effecten van die zorg. In dit artikel worden suggesties gedaan hoe dat zou kunnen aan de hand van een zorgevaluatie naar verschillende behandelmethoden bij morbus Sever. Diverse methoden van het doen van onderzoek, valkuilen en tips passeren de revue.
Naar artikel

Drukmetingen in de praktijk
De ontwikkelingen binnen de voetzorg volgen elkaar in een rap tempo op. Waar men 10 jaar geledenkon kiezen uit één of twee drukmeetsystemen, zien we dat zich nu tientallen bedrijven bezighouden met drukmeettechnologie. Enerzijds biedt dit veel mogelijkheden, anderzijds brengt dit ook risico’s met zich mee. In dit artikel wordt ingegaan op welke soort drukmeetsystemen er bestaan, uit welk type sensoren deze opgebouwd zijn, maar ook op welk moment we voor welk systeem moeten kiezen.
Naar artikel

Onderzoek van heup- en liesklachten in de (sport)podotherapie
In de (sport)podotherapeutische praktijk presenteren zich regelmatig patiënten met klachten in de liesregio. Deze klachten kunnen voortkomen uit het heupgewricht zelf, maar ook de biomechanica van de onderste extremiteit als geheel kan een rol spelen bij het ontstaan ervan. Daarnaast kunnen anatomische afwijkingen en interne aandoeningen oorzaak zijn van de klachten. Als de biomechanica van de onderste extremiteit de oorsprong is van de klachten, kan de (sport)podotherapeut een positieve bijdrage leveren. In dit artikel schenken we aandacht aan heupklachten die relevant zijn voor de (sport)podotherapeutische praktijk en aan de anatomie en het functieonderzoek van het heupgewricht, om te komen tot betere diagnostiek en begeleiding van de patiënt, en zo nodig adequaat te kunnen terug- of doorverwijzen.
Naar artikel

De hardloopblessure: schoenen aan of juist niet?
De laatste acht jaar is er in de wetenschap en daarbuiten een interessante (en soms heftige) discussie ontstaan over de vraag wat beter is: geschoeid hardlopen of blootsvoets (barefoot running). Uit de literatuur blijkt dat het geen verschil maakt voor het aantal blessures, maar dat juist het type voetlanding (op de hiel of op de voorvoet) veel meer effect heeft op de krachten tijdens het neerkomen dan het al dan niet dragen van schoenen. Ook blijkt dat bij het overgaan van geschoeid naar blootsvoets hardlopen, of naar hardlopen op minimalistisch schoeisel, meer dan de helft van de renners een hiellanding blijft gebruiken.
Naar artikel

Zijn statisch significante resultaten ook klinische relevant
Hypothesetests worden vaak gebruikt voor het leveren van ‘evidence’ met als doel medische onderzoeksresultaten te genereren. Door hypothesen te toetsen, probeert de onderzoeker conclusies te trekken over een gehele populatie op basis van informatie die is verkregen uit een relatief kleine steekproef. Echter, de interpretatie van het testen van hypothesen en de bijbehorende p-waarde biedt vele uitdagingen. In artikelen die in wetenschappelijke tijdschriften worden gepubliceerd staat bijvoorbeeld ‘is statistisch significant’ of ‘een statistisch significante p-waarde van 0,031 werd gevonden’. Helaas vergemakkelijkt deze focus op de p-waarde beslissingen over de relevantie van de verkregen resultaten niet. Want wat zeggen deze uitspraken eigenlijk? Het huidige artikel beschrijft de interpretatie van p-waarden en betrouwbaarheidsintervallen en het klinisch belang van deze maten.
Naar artikel

Erratum bij: ‘Effectiviteit van full-contactzolen voor drukverdeling bij diabetespatiënten met neuropathie bij specifieke activiteiten 

Terug naar overzichtspagina

Abonneren