Hieronder krijg je een indruk van de inhoud van dit nummer. Wil je de artikelen lezen, dan heb je een abonnement nodig op Podosophia of op Mijn BSL Podotherapeut Totaal.
Zelfmanagement: samenspel tussen patiënt en zorgverzekeraar
Een patiënte met chronische ulcera aan haar rechtervoet komt voor een second opinion bij het Voetenteam van VUmc Amsterdam met de vraag of amputatie van haar voet nog kan worden voorkomen. Uit de zeer complexe voorgeschiedenis blijkt een groot aantal factoren een rol te spelen in het niet genezen van de wonden. Om patiënte een kans te geven haar voet te behouden, wordt een periode van intensieve multidisciplinaire behandeling voorgesteld. Gedurende het proces wordt duidelijk dat gebrek aan zelfmanagement een belangrijke reden is voor de stagnerende wondgenezing. Zijn wij voldoende toegerust om zelfmanagement bij complexe patiënten te ondersteunen?
Naar artikel
Dr. Hylton Menz, Melbourne, Australië: ‘Gedegen wetenschap is sterk gegroeid in Australische podotherapie’
Aan het eind van zijn highschool years mocht de jonge Hylton Menz op ‘snuffelstage’ bij verschillende potentiële beroepsopleidingen. Uit een diepgewortelde interesse in klinisch werk in de gezondheidssector koos hij voor fysiotherapie en podotherapie. Zijn behoefte aan focus bracht hem uiteindelijk op de opleiding tot podiatrist aan de La Trobe University in Melbourne. ‘Dat ene stuk van het menselijk lichaam was voor mij meer dan interessant genoeg, in vergelijking met het bredere werk van de fysiotherapeut’, aldus Menz
Naar artikel
Scoliose-alert: meten is weten
Het is cruciaal dat scoliose in een vroeg stadium wordt vastgesteld. Dan volstaat voor correctie en stabilisatie van de bocht of slinger in de wervelkolom vaak conservatieve therapie (oefentherapie/korset). Daarmee kan een ingrijpende chirurgische rechtzetting in veel gevallen worden voorkómen. Podotherapeuten kunnen hierin met een standaard scoliosescreening van nieuwe, jonge patiënten (in de groei) een belangrijke signalerende rol vervullen, vooral omdat GGD-schoolartsen deze screening niet of nauwelijks meer doen.
Naar artikel
Sneller gaan, hoe doe je dat?
De gangsnelheid wordt bepaald door een combinatie van staplengte en stapfrequentie. Als mensen de vrije keuze wordt gelaten, kiezen zij spontaan voor een gangsnelheid, dus een combinatie van staplengte en stapfrequentie, die de minste energie kost en daarmee het meest economisch is. Bij het geleidelijk verhogen van de gangsnelheid blijkt dat men, tot op zekere hoogte, de staplengte en stapfrequentie allebei tegelijk in een individueel bepaalde, vaste verhouding verhoogt. De staplengte wordt hierbij mede bepaald door de beenlengte. Vanaf een bepaalde snelheid (ca. 6,5 km/u) wordt verdere verhoging van de gangsnelheid echter uitsluitend gehaald uit het verhogen van de stapfrequentie, terwijl de staplengte gelijk wordt gehouden. Met name de mate waarin de hamstrings kunnen verlengen blijkt aan dit fenomeen ten grondslag te liggen.
Naar artikel
Hemofilie: een bloedstollingsstoornis met gevolgen voor de voet en enkel
Hemofilie is een bloedstollingsstoornis met een orthopedisch gevolg. Dankzij de internationale richtlijn is oorzaak, gevolg en behandeling van deze zeldzame ziekte overzichtelijk en up-to-date. Bloedingen in het enkelgewricht komen vaak voor bij hemofilie op jonge leeftijd. Patiënten die in het verleden niet adequaat zijn behandeld, hebben daarbij soms een spitsstand van de voet ontwikkeld. Het is belangrijk dat patiënten met hemofilie in beweging blijven binnen de grenzen van de belastbaarheid. Wat kan de paramedicus bijdragen, zodat deze patiënten meer en langer kunnen blijven lopen?
Naar artikel
De t-toets en de analysis of variance, ANOVA
Bij toetsende statistiek wordt met behulp van een statistische berekening een hypothese getoetst. Bijvoorbeeld om te bepalen of het verschil tussen groepen op toeval berust, of niet. De keuze welke statistische toets van toepassing is op de gestelde onderzoeksvraag, is afhankelijk van verscheidene factoren, zoals het meetniveau van de variabelen, de (on)afhankelijkheid van de data (onafhankelijke groepen zoals man vs. vrouw, of afhankelijke data, zoals voormeting vs. nameting bij dezelfde patiënten) en de normaliteit van de data. Dit artikel zal dieper ingaan op een van de meest gebruikte toetsen in de statistiek: de t-toets en de ANOVA (analysis of variance). Het basisidee van een t-toets en de ANOVA is na te gaan of gemiddelden van groepen gelijk zijn of van elkaar verschillen. Om een t-toets of ANOVA te kunnen uitvoeren, dient de afhankelijke variabele, de uitkomstmaat, van ratio- of intervalniveau te zijn.
Naar artikel
Het effect van kinesiotaping op pijn bij musculoskeletale klachten
Kinesiotaping is een veel gebruikte vorm van taping onder (para)medici. Het zou het lichaamseigen herstelproces nabootsen en spieren en gewrichten stabiliseren. Eerder onderzoek wijst uit dat er geen eenduidig wetenschappelijk bewijs is voor het effect van kinesiotaping op pijnvermindering bij musculoskeletale klachten. Twee systematische reviews concluderen dat kinesiotaping voor significant meer pijnvermindering kan zorgen in vergelijking met géén therapie, maar deze verschillen zijn niet klinisch relevant. Kinesiotaping heeft geen significant groter effect op pijnvermindering dan andere therapieën, zoals stretchen of een andere tapingmethode
Naar artikel
Effectiviteit bij full-contactzolen voor drukverdeling bij diabetespatiënten met neuropathie bij specifieke activiteiten
Full-contact inlegzolen zijn een effectieve methode om de druk onder de voeten van diabetespatiënten met neuropathie te verdelen. De herverdeling van piekdrukken onder de voeten is tot op heden echter vooral onderzocht bij lopen op een vlakke ondergrond. De ondergrond kan een groot verschil maken voor de plaats waar piekdrukken optreden. Foot & Ankle International stond onlangs een artikel waarin beschreven werd dat full-contactzolen ook een drukverlagend effect hebben bij loopactiviteiten anders dan lopen op een vlakke ondergrond, zoals lopen op een helling of traplopen.
Naar artikel